(Nederlandstalige versie hieronder)

As WOinActie’s initiative gains ground, it is crucial to keep track of the range of structural problems in Dutch higher education which cannot be solved by larger budgets alone. Increased budget without meaningful cultural change, in and beyond the UvA, means very little. As long as we will continue operating within the neoliberal university, we will still:

  • promote “bullshit jobs,” “output-based” evaluation and oppressive managerialism;
  • subject both teachers and students to the effects of the stigmatizing bifurcation of research and teaching, a process driven by centralized and myopic grant systems such as NWO and ERC as well as a growing influence of private funders, including businesses, under the guise of “public-private partnerships”;
  • resist the decolonization and genuine diversification of higher education, a critical constituent of the public sphere; and
  • perpetuate the incarceration of tax-funded scientific knowledge behind the paywalls of private data merchants posing as academic publishers, the result of scholars’ surrendering to a needless system of prestige and industry-feigned metrics.

In other words, fostering a productive, sustainable and critical work environment depends on a multi-layered intervention, where the entire higher education community works with, and if necessary beyond, the current structures. Hiring more people may (temporarily) reduce the overall workload, but it won’t change the fundamental reality of time and energy wasted on artificially but systematically expanded (“compliance”) tasks of academic workers.

One—and by no means sufficient—way to promote a real shift is to inform ourselves, our colleagues and our students about the current system’s (often self-imposed) constraints. This should include information about the poor track record of the Dutch government concerning higher education, which WOinActie is rightly protesting, as well as both global and local issues. Informing ourselves is not merely subversive, a weaponization of the classroom or scholarly communications for political ends. Rather, it is a pedagogically sound intervention, raising awareness (meta-cognition) in and beyond the classroom. Each student deserves a proper understanding of the institutional reality which they find themselves to be part and which is so defining for themselves and their futures.

Among educators, an ability to critically reflect on, evaluate and improve the learning process is widely seen as a key factor for motivated and successful study experience. The insight has been largely based on examining typical academic meta-cognitive aspects such as memorizing, reading and writing techniques. Yet a critical evaluation of the institutional, political and financial framework of the university – and of possible alternatives – can also lead to a deeper engagement with the learning process. As with a heightened metacognitive awareness of what students know and don’t know, a familiarity with structural impediments and stress factors allows students to monitor and organize their own learning in an informed manner.

For instance, the specific and very high pressure under which UvA colleagues work, is a direct consequence of exceedingly long semesters (“8-8-4”) and the drastic devaluation of working hours, and of a coupling of teaching with burdensome and truly unnecessary paperwork. Students’ concerns and feedback, to take another example, is still largely gathered in a way that inhibits a genuine conversation and a real improvement of their learning experience.

In short, it was local decisions too, taken beyond the national context of general budget constraints, which increases stress and impoverishes the classroom experience. There is much sense in exposing these structural issues, for instance, when opening a lecture series or an elective course. The attached slides provide an example of how to do so in an efficient but effective manner.

If teachers and students together want to reflect and decide on the forms of learning and teaching, knowledge about the institutional framework of teaching is indispensable. Additionally, the public presence of WOinactie and of many other initiatives offers concrete options for participation and activism to actually contribute to the thing that, in the end, matters most to all teachers and students: a productive learning environment.

*****

Denken voorbij een mogelijke staking

Nu WOinActie aan terrein wint, is het van cruciaal belang om oog te blijven hebben voor het grote aantal structurele problemen in het Nederlandse hoger onderwijs dat simpelweg opgelost kan worden door meer geld. Grotere budgets zonder betekenisvolle cultuurverandering, binnen de UvA en daarbuiten, betekent weinig. Zo lang we binnen de neoliberale universiteit blijven werken, zullen we:

  • het onzinnig werk,, de ‘’productgerichte’’ evaluaties en de onderdrukkende managerscultuur blijven ondersteunen;
  • zowel docenten als studenten blijven onderwerpen aan de effecten van de stigmatiserende splitsing van onderwijs en onderzoek, zoals dat wordt bevorderd door het gecentraliseerde, bijziende fondsensysteem van zowel NWO en ERC als private fondsen waaronder bedrijven (onder het mom van ‘’publiek-private partnerschappen’’);
  • de dekolonisatie en het werkelijk diverser maken van het hoger onderwijs, een kritische steunpilaar van de publieke sfeer, blijven verhinderen; en
  • de gevangenschap van de door publiek geld geproduceerde wetenschappelijke kennis achter ‘’paywalls’’ van private data-handelaars die zich uitgeven voor academische uitgevers (het resultaat van het feit dat onderzoekers zich hebben overgegeven aan een onnodig systeem van prestige en pseudo-zinnige matrieken) doen voortduren.

Met andere woorden, het koesteren van een productieve, duurzame en kritische werkomgeving hangt af van een meerschalige interventie. Hiervoor dient de gehele academische gemeenschap te werken met, en zo nodig buiten, de huidige structuren. Het aannemen van meer mensen kan de algemene werkdruk misschien (tijdelijk) verlagen, maar het fundamentele probleem dat een grote hoeveelheid tijd en energie aan gekunsteld maar gestaag uitgebreide takenpakketten van academisch personeel wordt verspild niet veranderen.

Eén manier – hoewel zeker niet de enige of voldoende – om werkelijke verandering te bewerkstelligen is om onszelf te informeren, d.w.z. onze collega’s en studenten op de hoogte te stellen van de (vaak zelfopgelegde) beperkingen van het huidige systeem. Hierbij hoort informatie over de miserabele staat van dienst van de Nederlandse overheden wat betreft hoger onderwijs, waartegen WOinActie op dit moment gerechtvaardigd protesteert, maar ook andere lokale en mondiale problemen. Onszelf informeren is niet slechts een subversieve daad die beoogt de collegezaal of academische communicatiekanalen om politieke doeleinden te instrumentaliseren. Het gaat veeleer om een pedagogisch verantwoorde interventie, die bewustzijn (meta-cognitie) in en buiten de collegezaal bevordert. Studenten verdienen het een goed begrip te kunnen ontwikkelen van de institutionele realiteit waarvan zij uitmaken en die hen vormt.

Onder onderwijzend personeel wordt de vaardigheid kritisch te kunnen reflecteren en zo bij te kunnen dragen aan leerprocessen over het algemeen gezien als grondslag voor een gemotiveerde en succesvolle studie-ervaring. Dit inzicht is grotendeels gebaseerd op het bestuderen van typisch academische meta-cognitieve aspecten zoals memoriseren, leesvaardigheid en schrijftechnieken. Tegelijkertijd kan een kritische evaluatie van de institutionele, politieke en financiële kaders van de universiteit – en haar alternatieven – ook leiden tot een grotere betrokkenheid bij leerprocessen. Een verhoogd metacognitief besef van wat zij weten en niet weten en een bekendheid met hun eigen structurele beperkingen en stressfactoren helpt studenten op een goede manier inzicht in en controle over hun leerproces te houden.

Bijvoorbeeld is de specifieke en zeer hoge druk waaronder UvA-collega’s werken een direct gevolg van zowel de uitzonderlijk lange semesters (‘’8-8-4’’) en drastisch teruggeschroefde beschikbare arbeidsuren als van de koppeling van docententaken met arbeidsintensieve en geheel overbodige administratieve taken. De zorgen en feedback van studenten worden bijvoorbeeld voor een groot deel nog steeds ingewonnen op een manier die werkelijke dialogen en echte verbetering van leerervaringen verhindert.

Kortgezegd zijn er naast de algemene, nationale bezuinigingen ook op lokaal niveau beslissingen genomen die stress veroorzaken en werk- en studie-ervaringen verarmen. Het is zeer zinnig om deze structurele problemen bloot te leggen, bijvoorbeeld bij aanvang van een collegeserie of keuzevak. De bijgevoegde dia’s zijn een voorbeeld van hoe dit op een efficiënte maar effectieve manier gedaan kan worden.

Als studenten en docenten gezamenlijk willen reflecteren op de vormen van onderwijs – en hier uiteindelijk ook zelf over willen beslissen – is kennis over het institutionele kader van de lessen onontbeerlijk. Bovendien biedt de publieke aanwezigheid van WOinActie en vele andere initiatieven concrete aanknopingspunten voor participatie en activisme, om te doen waar het uiteindelijk iedereen om te doen is: bijdragen aan een productieve leeromgeving.