Geachte voorzitter van het College van Bestuur, beste Geert,

Het gebeurde opnieuw: politie op de campus van de Universiteit van Amsterdam (UvA). En deze keer bent U en de decaan Han van Dissel verantwoordelijk.

Afgelopen vrijdag hadden studenten en docenten een protestmars voor onderwijs georganiseerd. Later die dag verbleef een kleine groep op een grasveld van de Roeterseiland campus. Een mix tussen sit-in and camping. Ze wilden de nacht in tentjes doorbrengen en het plekje de volgende ochtend verlaten.

Maar jullie hebben voor de gewelddadige oplossing gekozen. Nu verstoppen jullie zich achter vage statements zoals: “wij zijn verantwoordelijk voor de gebouwen en het pand”. Als de redenen concreter worden, gaat het ten eerste om de Universiteitsdag die op zaterdag plaatsvond. Men wilde op het grasveldje een speelterrein voor kinderen opbouwen: drie keer drie meter lang. Dit zou in feite geen probleem opgeleverd hebben want het veldje is groot genoeg voor spelende kinderen en enkele tentjes. Ten tweede is er nog de reden dat er een klacht was van aanwonenden vanwege overlast, nog voor 22:00 uur. Ook helemaal niet overtuigend om dan meteen de politie in te schakelen die met de gebruikelijke “lichte geweld” – knuppels, peperspray en honden – de jonge mensen een lesje leert in democratie.

Want daar gaat het uiteindelijk om. Het conflict tussen de protesterende studenten en docenten en het senior management van de UvA gaat op dit moment niet over de kwestie van onderwijs en onderzoek. Hieromtrent weet U best dat de ontwikkeling van de afgelopen jaren steeds meer diegene beloont, die zich door veel geld van NWO ofwel vanuit Brussel vrijkopen van het onderwijs en van bestuurlijke taken en die taken allemaal doorschuiven aan hun “arme” collega’s. De werkdruk is zo voor de meerderheid steeds meer toegenomen en de kwaliteit van onderwijs is afgenomen. Maar minister Van Engelshoven heeft hier in het geheel geen idee van.

Het conflict gaat over het besef van democratie. Het management is van mening dat democratie op voldoende wijze is geëtableerd als er de gebruikelijke organen van medezeggenschap zijn: studenten- en ondernemingsgraden. Ook al hebben ze meestal geen instemmingsrecht maar alleen adviesrecht. Voor de rest moet je als bestuurder, zo zeggen de bestuurders, maar “luisteren” en panels of ronde tafels inzetten als er behoefte aan meer discussie is. Maar men geeft geen centimeter van de macht prijs. De baas is het CvB, gevolgd door de decanen. En op beide rangen worden de bestuurders – commissie heen of weer – ingezet van boven.

Hoe herken je goede bestuurders? Twee kenmerken zijn onder meer belangrijk: goede bestuurders zijn competent en je mag ze vertrouwen.

Na de gebeurtenissen van vrijdagnacht op Roeterseiland wil ik de verantwoordelijke personen bij de UvA – U zelf en Han van Dissel – graag aan twee dingen herinneren.

Ten eerste aan een statement van de biochemicus en science fiction auteur Isaac Asimov: “Geweld is de laatste toevlucht van incompetentie.” Machthebbers van autoritaire regimes zijn structureel incompetent. Maar Nederland is een democratisch land. Des te erger is het als men hier geweld gebruikt tegen mensen die zelf geen geweld gebruiken, maar een normale zachte vorm van sociaal protest, en als men tijdens de Universiteitsdag naar de eigen

universiteit toegaat en gecontroleerd wordt door politieagenten. Als men incompetent is, moet men opstappen. Tenminste moet je in het openbaar excuses aanbieden.

Ten tweede is het heel erg passend om aan een statement van de US-Amerikaanse sociale wetenschapper Brené Brown te herinneren. Ze vergelijkt het opbouwen van vertrouwen met het verzamelen van glazen knikkers in een potje. Door vrijdagnacht wordt er nu in één keer een handvol knikkers uit uw potje genomen, beste Geert. En er blijven er slechts nog weinig over.

Met vriendelijke groeten, Josef Fruchtl